Zachtjes fluitend doorkruist Master Shadow Radius Marcallas de open ruimte tussen een groep majestieuze bomen in het Mystic Forest. Zijn pas is kalm, beheerst, maar niet zonder vlotte voortgang. Zijn kledij toont duidelijk zijn status en roeping in het leven als druïde.
Achter hem volgt een groepje wezens van allerlei rassen. Geen van hen zullen snel worden aangezien voor edellieden van het Koninkrijk, of hooggeplaatste lieden uit de huizen van de Dark Dannings. Hun kleding hangt er veelal afgedragen bij en de gelaatsuitdrukkingen zijn aan de oppervlakte erg somber. Wie iets langer de tijd zou nemen om de wezens in de ogen te kijken, ziet echter een vonkje hoop bij velen van hen.
Radius stapt resoluut op een oude boom af, stopt op reikwijdte van de stam en draait zich met een zwaai om naar de stoet achter hem, een vriendelijke glimlach op zijn gelaat, die zijn ogen maar nauwelijks lijkt te bereiken.
De takken van de boom vormen een enigszins beangstigend sillouette tegen de heldere schemerige lucht boven hen, wat des te beter zichbaar wordt met het licht van de maan dat helder tussen de takken door schijnt en een groot deel van de aanwezigen belicht.
De druïde blijft een poosje in stilte staan, terwijl de groep voor hem langzaam aan ongeduldig onderling begint te fluisteren.
“Wees gegroet allen die hier zo in grote getalen zich heeft verzameld” begint Radius plots en alsof ze worden betoverd is de groep als één wezen stil.
“Mijn dank voor jullie komst is groot. Ik weet dat steeds meer onder jullie ons regelmatig komt opzoeken met hints en aanwijzingen over de locatie van de kristallen. Ook daarvoor wederom mijn grote dank. Onze zoektocht gaat verder, evenals onze missie. De vorderingen zijn helaas nog niet daar waar wij dat graag zouden zien, maar ze verlopen zonder al te veel problemen.
Dit alles is voor een groot deel aan jullie te danken. Dankzij jullie kunnen wij straks onze Moeder weer haar taak laten vervullen. Haar taak die zij zo dierbaar heeft neergelegd in de handen van haar zoons en dochters.
Helaas hebben zij er een bende van gemaakt, ruziën ze onderling en hebben ze zelfs met hun oorlog enkele eeuwen geleden Kederan haast onomkeerbare schade toegebracht. Het is dankzij Haar inzicht om een deel van haar kracht ook te geven aan de rest van haar Creatie, dat deze cataclysme is hersteld.
Daarom lieve mensen, elven, dwergen en alle anderen die zich met zo’n fanatisme inzetten voor onze missie, is het belangrijke dat juist WIJ de problemen die haar zoons en dochters hebben gemaakt, verder opruimen en Haar een nieuwe kans geven om Haar fouten ongedaan te maken en met een schone lei deze wereld wederom te laten herleven. Haar nieuwe inzicht zal zorgen dat iedereen weer een gelijke kans heeft op een eerlijk en goed leven.
Om dit te kunnen bewerkstelligen hebben wij de kristallen nodig. Deze kristallen geven ons de kracht om onze Moeder Haar kracht terug te krijgen en voor ons allen op Kederan te kunnen zorgen.
Dus, wie helpt ons onze Moeder haar kracht terug te geven?”
Alsof er op dit moment was gewacht verschijnt tussen het bladerdek van de boom een portaal. Vanuit deze scheur in realiteit is het geluid van gevecht te horen. Plots volgt er een ijzige, maar melodische, kreet van pijn. De oppervlakte van het portaal wordt doorboord met een vorm die lijkt op een veer, gevolgd door een gehele vleugel, ter grootte van een volwassen mannelijke orc.
In het schaarse licht van maan en de vreemd gekleurde lichteffecten van de portalen is een glinstering van goud te zien. De aanwezigen kijken vol bewondering en verbazing omhoog en slaan gade hoe het lichaam van deze grote gevleugelde gedaante is totaliteit door de opening van het portaal wordt geduwd.
Een druppel goudkleurige en rode substantie valt te midden van de groep toeschouwers. Een fractie van een seconde is iedereen geobsedeerd door dit verschijnsel, dat niemand doorheeft wat hen letterlijk boven het hoofd hangt.
Radius lijkt als eerste zich het gevaar voor de menigte te beseffen en met grove gebaren en enkele snelle woorden in een taal die klinkt alsof het woud spreekt, ontstaat er een houten koepel boven de verzamelde groep. Een seconde later valt het lichaam met klap op het houten dak van de koepel.
Het moment dat het lichaam de koepel raakt, verschijnt een felle lichtbron in de opening van het portaal. De lichtbron zendt een straal koud licht-blauw licht richting het lichaam. Zodra het licht het lichaam raakt, ziet Radius het lichaam worden opgenomen in de lichtbundel.
Met één hand richting de boom en de andere gravend in een buidel aan zijn riem, spreekt hij enkele woorden. Het object dat Radius uit de buidel had gepakt, gloeit eenmaal fel op met groene energie en een portaal ontstaat, ditmaal in de stam van de boom. Het object vervalt in bladeren, zand en takjes.
“Vlug iedereen! Ga door het portaal en breng jezelf in veiligheid!” commandeert Radius naar iedereen voor hem. Na een moment van schrik beginnen de eerste te rennen door het portaal.
Nu beide handen gericht op de koepel van hout ontspringt daar een enkele tak uit dat het lichaam vastpakt en langzaam aan naar Radius toe beweegt, terwijl de bundel met licht steeds meer van het lichaam begint weg te vagen.
Radius beweegt zijn armen eerst in een circulaire beweging en daarna viermaal in evenwijdige tegengestelde richtingen. Een cirkel met 8 vlakken verschijnt voor Radius en een bolvormig goud licht rijst uit het lichaam. Het lichaam wordt opgenomen in de lichtbundel en de cirkel snelt richting de bol met goud licht, waarna dit uiteenvalt in 8 delen, als een ei dat door een rasp wordt gehaald.
De acht delen verdwijnen naar alle richtingen en Radius kijkt omhoog naar het sluitende portaal.
“Die kracht behoort toe aan de elementen en aan de Moeder!”